C. H.

Leven op een altijd uitbarstende vulkaan
door een regen gaan, van dieporanje vonken
het lava dat dalwaarts dendert, om te pronken
tot het stollen zal, als een mannetje in de maan

Leven op een tot gisteren uitgebarste vulkaan
in een leeg dal vol versteende grimassen
slangen, waarvoor je op moet passen
en veel onontgonnen stof om door te gaan

Leven op een stilaan dode vulkaan
een berg die zwijgt als een graf
je ziet er zo niets, maar met toverstaf
een eeuwig mooie, zwartgeblakerde zwaan

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *